Dag 351 – 13.842 km

1 februari 2020

Sinds kort heb ik Spotify (ik weet het, nu ben ik helemaal hip). Dus heb ik vol enthousiasme de guilty pleasure lijst gedownload, om er vervolgens achter te komen dat ik een heel aantal nummers niet eens ken. En dat terwijl ik fervent liefhebber ben van het foute uur en die verrückte halbe Stunde, en alles daar tussenin. Van de nummers die ik wel ken is ongeveer één procent daadwerkelijk een guilty pleasure, de rest zijn gewoon doodnormale nummers. Beetje teleurstellend. 

Wat ook een beetje teleurstellend was, was die waterval van vanmorgen. Gevalletje van ik hoor je wel maar ik zie je niet. Ik heb een uur tevergeefs gezocht naar het goede paadje om er te komen (alles wat ik met grote moeite bedongen heb – want zeer, zéér stijl – was het dus niet) en toen heb ik het maar opgegeven. Ik wilde vandaag namelijk nog wel een stukje fietsen en was al laat vertrokken omdat het vanmorgen regende. En van in de regen fietsen wordt niemand blij, dus dat heb ik maar even afgewacht. 

Die regen ja, begon vannacht ergens. Iedere keer buien, maar ik sliep in mijn tentje zonder buitendoek erover heen. Dat was nat dus. Uiteindelijk heb ik mijn tentje twee keer moeten verplaatsen voordat ik eindelijk een stukje had gevonden waar het een soort van droog stond. Omdat ik liever het buitendoek eraf hield zodat ik nog kon ademen en zo en niet uit mijn tentje zou drijven. Het is namelijk nog steeds vrij heet.

Vandaag heb ik een heel stuk gefietst, verder dan ik aanvankelijk had bedacht. Omdat er even niet zoveel was en ik dus ietwat moeilijk een slaapplaats kon vinden. Of nou ja, kampeerplekjes genoeg. Maar je bent nu eenmaal een luxe kampeerder of je bent het niet! 😉
Als het even kon was een douche namelijk wel wenselijk. 

Dus ben ik uiteindelijk bij een tempel terechtgekomen, wel wat laat maar ze wilde me alsnog wel helpen. Ze wezen me zelfs een huisje aan waarin ik kon verblijven. Eerst eentje die best heel netjes was, alleen bleek het water het daar niet te doen. Dus is mij een ander huisje aangewezen, waarbij het water het wel doet. Wat voor die ‘douche’ uiteraard super fijn was, maar voor de rest is dit huisje een stuk viezer. Ik heb al een snelle spin gespot (en vermoord) en ben zielsgelukkig met mijn tentje. Die ik in het huisje heb opgezet (past gelukkig net) en waar ik vannacht mooi in ga slapen. Hoef ik me niet druk te maken over spinnen en ander ongedierte 😉
Ik heb zelfs een ventilator gekregen, hoewel die het niet denderend doet. Ik vermoed dat het heel heet gaat worden. Stiekem slaap ik eigenlijk liever gewoon buiten, want daar waait in ieder geval nog een windje, meestal. Maar goed, je mag een gegeven paard niet in de bek kijken! 

Morgen ga ik nog een stukje fietsen en hoop ik de ferry van half 5 naar Langkawi te kunnen pakken. Daar is vlakbij de pier een iOverlander spot, zodat ik de ochtend daarna de ferry naar Penang kan nemen. Ze varen namelijk allemaal maar twee keer per dag, en anders zou ik ’s avonds pas aankomen. En aangezien ik van plan ben om in een hostel in Georgetown te gaan slapen vind ik het niet vervelend om er wat eerder te zijn. Zodat ik het meeste eruit kan halen (lees: op bed gaan liggen en er niet meer af komen, behalve voor het eten). 
Rondkijken ga ik verder niet doen op deze eilanden, want daar kom ik later nog met papa en mama. Eigenlijk neem ik de boot alleen maar omdat ik daar wat tijd mee bespaar, en je schijnt er heel lekker te kunnen eten. Waar ik uiteraard al naar uitkijk! 
Je schijnt ook een van de bruggen naar het vasteland te kunnen fietsen, wat erg leuk schijnt te zijn. Dus daar ga ik ook maar voor! En dan is het al de laatste fase van mijn Azië trip. Op naar Singapore! 

Geef een reactie

Het e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *