8 februari 2020
Vanmorgen ging ik zo snel dat ik bij de lunch, 60 kilometer op weg, dacht dat ik misschien wel verder zou kunnen komen dan ik eigenlijk had gepland. ’s Middags was die hoop al lang gevlogen, want er kwamen alleen maar meer bergen. Nu ben ik bij het enige restaurant aangekomen die op de kaart staat (tussen Gua Musang en Terengganu) en mag ik hier gelukkig mijn tentje opzetten. Ze hebben me zelfs een mooi plekje onder de carport aangewezen. Gelukkig zijn de meeste mensen heel behulpzaam!
Vanmorgen ben ik door eindeloze velden vol met palmen gefietst, waaruit palmolie wordt gehaald. Toen ik eenmaal de velden uit was ben ik in een bos terechtgekomen, waar blijkbaar wilde olifanten leven. Ik was in de veronderstelling dat die iets verder naar het noorden zaten, maar hier dus blijkbaar ook. Veel meer dan olifantenschijt heb ik nog niet gespot, maar morgen nieuwe ronde, nieuwe kansen! 😉
Morgen ga ik nog een stukje fietsen en dan ben ik bij de kust. Hopelijk is de weg naar het zuiden redelijk vlak, want ik vind dat ik na morgen wel weer genoeg bergen in de benen heb voor nu.